Ben je een eindexamenleerling Frans en wil je je tekstbegrip verbeteren? Goed nieuws! Deze blogpost staat boordevol praktische tips die je direct kunt toepassen. Laten we aan de slag gaan!
1. Lees de vraag eerst.
Door eerste de vragen te lezen weet je waarnaar je moet zoeken in een tekst. Hierdoor activeer je je brein en focus je op relevante informatie tijdens het lezen. Je kunt ervoor kiezen om wel de antwoordopties af te dekken als je hierdoor extra gaat twijfelen. Belangrijk als je de vragen leest om alvast de kernwoorden te onderstrepen of op een apart blaadje op te schrijven. Dit zijn vaak de woorden die je, als je aan iemand zou vertellen wat er in de vraag staat, niet uit je samenvatting zou laten. Deze kernwoorden zijn namelijk de hoofdzaak/de kern van je vraag en naar deze woorden (of synoniemen daarvan in de tekst) moet je op zoek gaan in je leestekst.
2. Let op persoonlijke voornaamwoorden en verwijzingen (les pronoms)
In veel Franse teksten verwijzen woorden zoals il, elle, ils, elles, ce, cela, ceci naar iets dat eerder in de tekst is genoemd. Door deze verwijzingen goed te volgen, kun je vaak raden:
-
Wie of wat iets doet
-
Wat de schrijver bedoelt
-
De kern van een zin zonder alles te vertalen
Waarom dit werkt:
-
Het voorkomt dat je verstrikt raakt in lastige zinnen of moeilijke woorden.
-
Vaak kun je vragen over personages, meningen of gebeurtenissen beantwoorden door alleen de verwijzingen correct te koppelen.
-
Het maakt lange teksten ineens een stuk overzichtelijker en sneller te begrijpen.
Extra tip: Onderstreep alle persoonlijke voornaamwoorden en schrijf er kort naast waar ze naar verwijzen. Zo zie je de tekststructuur letterlijk voor je ogen.
Oefening:
"Marie voulait absolument réussir son projet, mais elle ne savait pas par où commencer. Cela l’angoissait chaque soir, car elle avait peur de décevoir ses professeurs. Ses amis, eux, essayaient de la rassurer, mais ils ne comprenaient pas totalement la pression qu’elle ressentait. Ce stress semblait augmenter à mesure que les délais approchaient, et cela la paralysait parfois. Finalement, elle décida de demander de l’aide à un mentor, ce qui lui permit de clarifier ses idées et de progresser efficacement."
Vragen bij de oefening:
-
Naar wie of wat verwijst elle in de tweede zin?
-
Waar verwijst cela in dezelfde zin naar?
-
Naar wie verwijzen ils in de derde zin?
-
Wat betekent ce stress in de vierde zin?
-
Waar verwijst ce qui in de laatste zin naar?
3. Signaalwoorden!
Iedereen kent ze, maar bijna niemand gebruikt ze slim: signaalwoorden. Ze zijn de wegwijzers van een Franse tekst want ze vertellen je of de schrijver iets toevoegt, tegenspreekt, uitlegt of afrondt. En precies dáár draait het om bij het eindexamen Frans: niet alleen begrijpen wat er staat, maar vooral hoe de tekst is opgebouwd.
👉 Belangrijk om te weten: bij de meeste examenvragen staat het juiste antwoord bijna altijd vlak bij een signaalwoord. Dat is geen toeval: de makers plaatsen vaak een wending, uitleg of conclusie op het punt waar jij de betekenis moet afleiden. Wie signaalwoorden herkent, leest dus niet zomaar die begrijpt de bedoeling achter de zin.
Hieronder vind je een lijst met veelvoorkomende Franse signaalwoorden, handig ingedeeld per functie.
Oorzaken / Reden
parce que – omdat
car – want
puisque – aangezien
en raison de – vanwege
grâce à – dankzij
Gevolg / Resultaat
donc – dus
alors – dan, dus
c’est pourquoi – daarom
par conséquent – bijgevolg, dus
de sorte que – zodat
Toevoeging / Opsomming
et – en
de plus – bovendien
en outre – daarnaast
aussi – ook
également – eveneens
Tegenstelling / Concessie
mais – maar
cependant – echter
pourtant – toch
néanmoins – desalniettemin
en revanche – daarentegen
bien que / quoique – hoewel
Voorbeeld / Toelichting
par exemple – bijvoorbeeld
c’est-à-dire – dat wil zeggen
notamment – met name, in het bijzonder
en effet – immers
Tijd / Chronologie
d’abord – eerst
ensuite – daarna
puis – vervolgens
en même temps – tegelijkertijd
au moment où – op het moment dat
Vergelijking
comme – zoals
de même que – net als
autant que – evenveel als
plus que / moins que – meer dan / minder dan
Doel
pour – om te
afin de – teneinde, om te
dans le but de – met het doel om
pour que – opdat
Samenvatting / Conclusie
en résumé – samengevat
en conclusion – tot slot
pour conclure – om af te sluiten
en bref – kortom
Reactie plaatsen
Reacties